De Oekraïense Luchtmacht meldde vandaag (19) het neerhalen van nog twee Russische gevechtsvliegtuigen boven de Zee van Azov, een SU-35s en een SU-34, wat een significante periode van luchtverliezen voor Rusland in de huidige oorlog markeert.
+ Video: Oekraïners zouden nog een Su-34 gevechtsbommenwerper hebben neergehaald
Als deze neerhalingen worden bevestigd, brengt dit het totale Russische verlies in de afgelopen drie dagen op zes Su-34 jachtbommenwerpers, elk gewaardeerd op 50 miljoen dollar, en drie Su-35 gevechtsvliegtuigen, elk met een eenheidswaarde van 70 miljoen dollar. Dit wordt beschouwd als de periode met de meeste luchtverliezen die Rusland sinds het begin van het conflict heeft opgelopen.
De redenen voor deze toename in het neerhalen van Russische vliegtuigen zijn nog niet duidelijk, maar er zijn verschillende hypothesen. Een daarvan is de mogelijke toename van Russische luchtactiviteit ter ondersteuning van de grondoffensieven, zoals de recente acties in Avdiivka.
Een andere mogelijkheid is het gevolg van de versterking van de Oekraïense luchtverdediging, vooral in gebieden dichter bij het front. In deze context valt de bijdrage van het langeafstands Patriot luchtverdedigingssysteem op, dat een cruciale rol kan hebben gespeeld in deze neerhalingen.
Deze verliezen vormen een aanzienlijke tegenslag voor de Russische luchtmacht en kunnen strategische implicaties hebben voor het verloop van de oorlog. Terwijl Oekraïne zijn luchtverdedigingscapaciteiten demonstreert, staat Rusland voor de uitdaging om zijn strategieën in het luchtruim te heroverwegen in een steeds vijandiger en beter verdedigde omgeving.
Bron en foto: Officieel Telegramkanaal van de commandant van de Oekraïense Luchtmacht, luitenant-generaal Mykola Oleschuk.